Seasick Steve vergat in het Koninklijk Circus domweg te verrassen

© Yvo Zels

Zelf noemt hij zich een Sonic Soul Surfer en doet hij zijn werk af als Doghouse Music. Maar in het Koninklijk Circus, niet bepaald een hondenhok, leek Seasick Steve slechts één ding te willen bewijzen: ‘Yes sir, I can boogie’.

DA GIG: Seasick Steve in Koninklijk Circus, Brussel op 23/11.

IN EEN ZIN: Steven Wold is een sympathieke peer die zijn kunstje beheerst, maar wat ons betreft had het best wat uitdagender gemogen.

HOOGTEPUNTEN: Bring It On, Chewin on da Blues, Sun On My Face, Walkin’ Man, Down on the Farm, Insta This…

DIEPTEPUNTEN: geen.

QUOTE (terwijl hij een slok water neemt): ‘This is dangerous stuff. Je mag er niet teveel van drinken, want je kunt er verdorie blind van worden.’

Op zijn onlangs verschenen negende langspeler Can U Cook? informeert Seasick Steve naar de culinaire kwaliteiten van zijn publiek. Zelf zien we hem nog niet meteen in de weer met een bussel wortelen of een bosje peterselie: de man bereidt zijn gerechten bij voorkeur met fikse snuiven blues, folk, country, (swamp)rock en andere vers geplukte ingrediënten op de de akkers van de americana. Zo serveerde hij ook in Brussel weer een schotel pittige rootsmuziek waarmee hij de smaakpapillen van de aanwezigen aangenaam wist te prikkelen.

Seasick Steve, of Steven Gene Wold zoals zijn belastingbrief vermeldt, is niet alleen een gewiekste entertainer, hij is ook een jokkebrok pur sang. Zo maakte hij de wereld wijs dat hij als zwerver jaren op straat had geleefd, vóór hij, berooid en op gevorderde leeftijd, alsnog als muzikant werd ontdekt.

Wie hem al vaker aan het werk had gezien, wist precies wat te verwachten: luide, scheurende, ongepolijste bluesrock, met zoveel gedrevenheid gespeeld dat de muzikant er letterlijk bloedende vingers aan overhield.

Tot een journalist van The Guardian zijn tot de verbeelding sprekende autobiografie in 2016 als een reeks verzinsels ontmaskerde. Wold kwam voor zijn doorbraak al jaren aan de kost als producer, had in verscheidene bands gespeeld, was keurig getrouwd en vader van vijf volwassen zonen. Bovendien was hij minstens tien jaar jonger dan hij zich voordeed. Scheen daar een mythomaan aan de einder? Ach, wie heeft ooit beweerd dat een kunstenaar altijd de waarheid dient te spreken? Worden we door reclamemakers, marketeers of malafide politici al niet voortdurend voorgelogen? En valt goeie fictie niet steeds te verkiezen boven de saaie waarheid?

Het maakt dus niet uit of Seasick Steve zijn instrumenten, waaronder zijn three string trance wonder of hubcap guitar, gebouwd met twee wieldoppen en een bezemsteel, zelf in elkaar knutselde uit armoede of innovatiedrang. Feit is dat ze, voor het soort muziek dat de man maakt, geweldig klinken en ze er ook nog eens geestig uitzien. Goed, misschien speelt Wold maar een rolletje op het podium, maar dat doen Iggy Pop en Blixa Bargeld net zo goed.

Bloedende vingers

Voor zijn jongste plaat, een van de beste en meest gevarieerde uit zijn discografie, trok de Amerikaan uit Oakland naar Key West, een eilandje voor de kust van Florida. ‘Ik vond er een kleine studio, vlakbij het watern en we werkten er wel vijf uur per dag’, grijnsde Seasick Steve in Brussel. ‘Als bij wonder stond er alle dagen een koelbox met drank voor de deur. Er zat dus niets op dan die soldaat te maken, terwijl we naar de boten, de palmbomen en de voorbij slenterende meisjes keken. Het was een verdomd zwaar karwei.’

Niet dat de zeezieke artiest met de lange grijze baard, die net niet bleef vastzitten tussen zijn snaren, op het podium van het Koninklijk Circus veel verrassingen in petto had. Wie hem al vaker aan het werk had gezien, wist precies wat te verwachten: luide, scheurende, ongepolijste bluesrock, met zoveel gedrevenheid gespeeld dat de muzikant er letterlijk bloedende vingers aan overhield. Het decor was simpel gehouden: een backdrop met de beeltenis van de Meester en een waslijn met veelkleurige kerstlampjes. ‘Voor deze show hebben we kosten noch moeite gespaard’, liet de held van de avond weten. ‘Ik heb er minstens vijf dollar voor uitgegeven’.

In de softfunksong u003cemu003eInsta Thisu003c/emu003e had hij het over Facebook en andere sociale media, om te concluderen dat hij u0026#xE9;chte communicatie nog altijd verkiest boven die via een schermpje.

Tijdens Bring It On bespeelde Seasick Steve een sigarenkistgitaar waarop hij een nummerplaat uit Mississippi had vastgeschroefd. Dat leidde tot heerlijk zompige stoereknapenmuziek. Alleen leek Wold dit keer af te stappen van zijn dodelijk efficiënte maar minimalistische duoformule. Naast drummer Dan Magusson neemt hij tegenwoordig een derde man mee op sleeptouw: Luther Dickinson van The North Mississippi Allstars, die afwisselend gitaar en bas aandroeg.

Teveel van hetzelfde

Vroege hoogtepunten in de set waren het langzaam opgebouwde, in een spannende Tony Joe White-vibe verpakte Chewin’on da Blues, waarbij de drummer de omineuze sfeer versterkte door met zijn stokken langs de zijkant van zijn cimbalen te schuren, en het relaxed gespeelde, akoestische Sun On My Face. Maar al gauw toonde Seasick Steve zich van zijn voorspelbaarste klant door andermaal een jongedame uit de zaal te plukken, haar naast zich op een stoel te planten en speciaal voor haar de lovesong Walkin’ Man ten gehore te brengen. Van Shady Tree, opgedragen aan alle vrouwen met lange haren, tot Can U Cook?,waartoe de zanger een met snaren bespannen washboard opdiepte, en de aan John Lee Hooker herinnerende boogie Down on the Farm (‘voor alle boeren in de zaal’): ze deden allemaal bijzonder vertrouwd aan. Maar zoals Seasick Steve zelf al meermaals verklaarde: you can’t teach an old dog new tricks.

Stevo, zoals sommige fans hem tegenwoordig noemen (‘Come on, you embarrass me’, repliceerde hij), heeft best wel subtielere nummers in de aanbieding. Alleen kiest hij live gemakshalve altijd voor het van-hard-hout-zaagt-men-planken-repertoire, type Barracuda ’68 of het langdradige Thunderbird, omdat de toeschouwers daar nu eenmaal het geestdriftigst op reageren. Of je gaat mee in de trip, of je begint het na verloop van tijd allemaal wat te veel van hetzelfde te vinden.

Gelukkig kwam Seasick Steve op de valreep van toch nog met iets nieuws op de proppen. In de softfunksong Insta This had hij het over Facebook en andere sociale media, om te concluderen dat hij échte communicatie nog altijd verkiest boven die via een schermpje. Zeker, het was een onderhoudende avond en Steve is een sympathieke peer die zijn kunstje door en door beheerst. Maar wat ons betreft had het best een beetje uitdagender gemogen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content